Nubië is een landschap in Noordoost-Afrika, ca.950.000 km2. Het gebied strekt zich uit aan beide zijden van de Nijl, in het zuiden van Egypte, tot aan Khartoem (Chartoem) in Soedan, wordt in het oosten begrensd door de oostelijke deel van de Libische Woestijn vormen, en wordt voornamelijk ingenomen door de Nubische Woestijn. Slechts het Nijldal en een aantal oasen zijn vruchtbaar. Tussen Wadi Halfa en Dongaloa komen gneis- en grantietgesteenten aan de oppervlakte; hierin bevinden zich de uitgeputte goudmijnen die ten tijde van de farao's produktief waren. De bewoners, Nubiers, zijn een mengvolk van Bebers, Arabieren en negers. Door de bouw van een dam bij Aswan komt een deel van Nubië in het noorden tussen de eerste en de tweede grote waterval onder water te liggen. Eeen grootscheepse internationale onderneming onder toezicht van de UNESCO is hier sinds 1960 bezig de aanwezige tempels en monumenten voor de ondergang te beschermen.
Geschiedenis
In de oudheid was Nubië een rijk gebied. De producten, zoals goud (vandaar de naam, die "Goudland" betekent; Egyptisch nub = goud), edelstenen en hout, waren als soldaten bij het Egyptische leger ingelijfd en de stam van de Medjai leverde politietroepen. De handelswegen naar Centraal -Afrika liepen doon Nubië; vandaar ook dat de farao's probeerden er hun invloed uit te breiden.